“Een eigen platform voor MEP is onmisbaar”

loading...
CAD-Magazine sprak met Edwin Schalk, business development director Stabiplan, over de geschiedenis en toekomst van MEPcontent.com en de noodzaak van dit platform voor de installatiebranche. Dit artikel is geschreven door Lambert-Jan Koops en gepubliceerd in CAD-Magazine nr. 1 2017.

Contentsite als brug tussen fabrikant en engineer

Het platform MEPcontent.com is het vervolg van de site www.cadsymbols.nl, die al in 1999 (!) werd gelanceerd door Stabiplan en een contentplatform was voor zowel 2D als 3D DWG-tekeningen. In 2010 is de opzet van het platform veranderd. De opkomst van BIM had er namelijk voor gezorgd dat de gebruikers van het platform een toenemende behoefte hadden aan meer dan alleen de geometrische informatie van de producten. Vandaar dat Stabiplan besloot om niet alleen DWG-tekeningen op te nemen in de database, maar ook Revit- en IFC-bestanden, waarbij de fabrikanten van de diverse MEP-producten alle informatie aanleveren die nodig is om zowel in een generiek als specifiek model de gewenste representatie te kunnen geven en systeemberekeningen te kunnen uitvoeren. De elementen bevatten een symbolische, een maatvaste en een 3D-weergave en productcodes van de fabrikant. Daarmee is MEPcontent een uniforme objectenbibliotheek. Door het toevoegen van aanvullende classificaties is daarnaast koppeling mogelijk met calculatie- en bestelsoftware.

Controle
Voor het bijhouden van de database van MEPcontent werkt Stabiplan samen met meer dan 150 fabrikanten. Deze leveren zelf content aan, of laten content bouwen door Stabiplan. In beide gevallen doorloopt de content een uitgebreid testproces voordat het op MEPcontent.com geplaatst wordt. Binnen het ontwikkelteam worden de parameters gecontroleerd. Als deze in orde zijn, controleert een MEPcontent-tester de content aan de hand van een checklist op bijvoorbeeld het detailniveau, de opbouw en correcte afmetingen. Als laatste keurt de fabrikant de content goed voordat deze op de site wordt geplaatst. Wijzigt een leveringsprogramma (waarvan de data op MEPcontent staan in de vorm van een product line sheet), dan worden de aanpassingen getraceerd en gecontroleerd, waarna het nieuwe leveringsprogramma beschikbaar komt.

De grafische artikelinformatie wordt gratis ter beschikking gesteld door de fabrikanten. Dit is de reden waarom de content op de site door iedereen te downloaden is. De content is daarbij nadrukkelijk niet gebonden aan het gebruik van specifieke Revit- of CAD-software, zo merkt Schalk nadrukkelijk op. “Stabiplan mag dan Autodesk-gerelateerde software leveren, de informatie op het platform moet voor iedereen bruikbaar zijn.
Dat ondersteunt namelijk het uitwisselen van modellen en tekeningen. Juist wanneer samenwerkende partijen met verschillende ontwerpsoftware werken.”

Meegroeien in BIM
Het aantal gebruikers van het contentplatform stijgt per maand met zo’n twintig procent. Volgens Schalk een bewijs dat het platform voldoet aan een behoefte. Bovendien is MEPcontent volgens hem ook noodzakelijk om de ontwerper mee te laten groeien in het BIM-proces. “We denken dat de rol van de ontwerper in de nabije toekomst zal veranderen dankzij platformen als MEPcontent. Hij krijgt een rol in het bestelproces. Als de engineer namelijk al tijdens het ontwerpproces kan beschikken over alle relevante data, kan hij in die fase al zien welke effecten zijn beslissingen hebben op bijvoorbeeld de kosten van een ontwerp. Stel dat het apparaat van leverancier A veel goedkoper is dan dat van B, maar dat er voor A wel een kleine wijziging nodig is, dan kan de ontwerper daar rekening mee houden. Natuurlijk kan het een en ander daarna altijd nog worden overruled door de inkoopafdeling, maar we zien in de praktijk dat het vaak bij de door de engineer voorgestelde keuze blijft en zijn taak dus breder wordt.”

Contact
Het belang van de fabrikanten bij MEPcontent.com is volgens Schalk duidelijk: door hun informatie beschikbaar te stellen op het platform, komen ze als het ware rechtstreeks in contact met de engineer. Een onmisbaar iets in tijden van BIM, zo stelt de business development director. “De kern van BIM is toch wel communicatie, dus is het vereenvoudigen van de toegang tot informatie een van de belangrijkste stappen die een leverancier kan nemen. Vandaar ook dat fabrikanten extra moeite doen om hun data op het platform te krijgen, door daar medewerkers voor vrij te maken. En als ze zelf de kennis niet in huis hebben, schakelen ze externe partijen in, zoals Stabiplan. Wij helpen vervolgens met het indelen van de data, de foutencontrole en het maken van de content. Hiervoor hebben we zelf een zogenaamde content factory in Roemenië, waar onze medewerkers content bouwen.”

Voorraadproducten
Omdat het platform enthousiast wordt gebruikt, is het duidelijk dat er behoefte aan is. De vraag die echter toch gesteld moet worden bij een dergelijk specifieke site, is of het niet mogelijk was geweest om een meer algemeen platform op te zetten. Schalk: “Ja, dat had gekund en die platforms zijn er ook, maar die zijn vaak opgezet voor architecten en het verschil is dat heel veel bouwonderdelen, zoals kozijnen en muren, maakproducten zijn, terwijl MEP-gerelateerde onderdelen als verwarmingsketels nu juist voorraadproducten zijn. Bovendien is de MEP-engineer vaak in hele andere dingen geïnteresseerd dan de architect. De MEP-ontwerper moet bijvoorbeeld specifieke verwarmingsberekeningen maken.
De informatie die hij daarvoor nodig heeft, is meestal niet aanwezig in de algemene databases. Een specifiek MEP-platform is dan ook echt onmisbaar.” Zoals al af te leiden is uit de URL van het platform, is MEPcontent.com niet alleen bedoeld voor bedrijven in Nederland. Schalk legt uit waarom daarvoor is gekozen. “Nederland is te klein op MEP-gebied om een eigen platform te hebben. Veel van de fabrikanten van MEP-producten hebben het hoofdkantoor in Duitsland of Frankrijk en leveren binnen heel Europa en bovendien is de vraag naar de bijbehorende data in alle landen vergelijkbaar. Het bouwproces en de regelgeving kan wel van land tot land verschillen, maar de data die de engineer nodig heeft zijn overal gelijk.”